Advertentie

De maan, een onmogelijke ‘holle satelliet’..


Wil je de vorige hoofdstukken bekijken?
Klik dan HIER voor een preview.

x

– Hoofdstuk 15 –

EEN NATUURLIJKE SATELLIET KAN NIET HOL ZIJN
x

© vertaling Jan Smith – 2010 WantToKnow.nl/.be
X

 

De waarschijnlijkheid dat de maansatelliet niet solide zou zijn, werd voor het eerst geopperd in 1962 en die bewering werd natuurlijk onmiddellijk verwezen naar het rijk der fabelen.

Dus werd er nieuw onderzoek gedaan, maar al die nieuwe studies hadden eigenlijk allemaal ongeveer dezelfde uitkomst. Tenslotte rapporteerde Dr. Sean C. Solomon van MIT in ‘Astronautics’ van februari 1962 dat:  “de experimenten met behulp van de Lunar Orbiter onze kennis over het zwaartekrachtveld van de Maan aanzienlijk hadden verruimd … en wezen in de richting van de beangstigende mogelijkheid dat de Maan inderdaad hol kon zijn.”

De originele cover van het boek uit de jaren 1990, waarvan je hier op WantToKnow de exclusieve vertaling lees.

Beangstigend? Wat betekent dat woord in deze context eigenlijk? Die betekenis werd genoemd door niemand minder dan wijlen de grote astronoom Carl Sagan in zijn boek ‘Intelligent Leven in het Universum’ (1966). Volgens Dr. Sagan, die heel goed wist waarover hij het had, “kon een natuurlijke satelliet geen  hol object zijn”. Voor de duidelijkheid: een holle satelliet kan geen natuurlijke satelliet zijn.

Maar een holle satelliet zou wel een kunstmatige satelliet kunnen zijn – waarbij ‘kunstmatig’ slaat op de veronderstelling dat hij gemaakt of geconstrueerd is.

Het is hier goed in herinnering te roepen dat het besluit om een mens op de Maan te zetten dateert uit het Apolloprogramma van 1961. Dat besluit zou gebaseerd zijn geweest op eerder beschikbaar gekomen informatie over de Maan.

Tegen 1962-1963 zou deze informatie de bevestigde mogelijkheid hebben ingehouden dat de Maan hol was, of tenminste een ‘beduidende negatieve dichtheid’ had. ‘Negatieve dichtheid’ laat zich vertalen als uitgestrekte gebieden binnenin de Maan waar zich materie bevindt die aanzienlijk minder dicht is dan de rest van de Maan, of als lege holtes die veel groter en dieper zouden zijn dan de op Aarde bekende Mammoetgrotten.

Om kort te gaan betekent dit zonder meer dat de Russen en Amerikanen er volledig rekening mee hielden dat ze een Maan zouden aantreffen waarvan al lang en breed bekend was dat die min of meer hol zou zijn. En als die stellingname wordt doorgetrokken is het zonneklaar dat voorafgaand aan het ruimtevaartprogramma reeds lang bekend was dat het hier zou gaan om een satelliet die niet van natuurlijke oorsprong was.

En het was ook zonder meer duidelijk dat de twee Aardse supermachten de verwachting hadden die Maanholtes te gaan gebruiken voor het inrichten van Maanbases. Dit ‘plan’, is echter nooit in vervulling gegaan. En precies dát brengt ons op de vraag ‘WAAROM NIET?’.

Die conclusie had alleen maar kunnen luiden dat de Maan klonk als een bel in een klokkentoren en dientengevolge beduidend hol was en dat er meer aan de hand was dan een min of meer negatieve dichtheid.
X
Later werden ander belangrijke experimenten uitgevoerd om te bepalen of de Maan wel of niet hol zou zijn.
X
Het belangrijkste aspect van al die latere experimenten is dat de resultaten ervan nooit openbaar gemaakt zijn…

Op het eerste gezicht lijkt het een redelijk eenvoudig project, alle normale omstandigheden overwegende.

Aanvullende en zeer spectaculaire bevestiging van de mogelijkheid dat de Maan hol zou zijn, kwam in november 1969, toen de bemanning van Apollo-12 de raketmodule waarmee de maanlander vanaf de Maan werd gelanceerd, tegen het maanoppervlak te pletter liet vallen.
Die klap veroorzaakte een kunstmatige maanbeving. Ultragevoelige seismische apparatuur die op het Maanoppervlak was neergezet registreerde dat de hele Maan gedurende meer dan een uur natrilde als een klok. Een van de vele betrokken wetenschappers merkte op dat hij ‘op dat moment geen enkele conclusie durfde te trekken’.

Die conclusie had alleen maar kunnen luiden dat de Maan klonk als een bel in een klokkentoren en dientengevolge beduidend hol was en dat er meer aan de hand was dan een min of meer negatieve dichtheid. Later werden ander belangrijke experimenten uitgevoerd om te bepalen of de Maan wel of niet hol zou zijn. Het belangrijkste aspect van al die latere experimenten is dat de resultaten ervan nooit openbaar gemaakt zijn. Afgaande op alle beschikbare informatie kan men vaststellen dat er niet al teveel intuïtie voor nodig is om te kunnen vaststellen dat de Maan hol is.

Wat in de breedte nooit is begrepen, is dat dit feit aan het eind van de jaren ‘50 toch officieel bekend moeet zijn geweest. Zoals Carl Sagan opmerkte: als een natuurlijke Maan satelliet niet hol kan zijn, dan is de Maan geen natuurlijke satelliet.

Carl Sagan (1934 – 1996) was astrofysicus en astronoom; een wetenschapper met een hart voor de mens in zijn Universum. Hij schuwde geen revolutionaire uitspraken, zoals je hier in het artikel ook kunt lezen…

Zelfs al was dit verschijnsel verbazingwekkend, dan lijkt het er niettemin op dat de twee supermachten hebben gedaan alsof er niets aan de hand was en waren ze gewoon doorgegaan met de kolonisatie van de holle ruimten op de Maan.

Inmiddels is het een publiek geheim dat destijds sprake was van grootse plannen voor het vestigen van Maanbases, waaronder ook de installatie van raketinstallaties voor aanvals- en verdedigingsdoeleinden.

Toch zijn al die grootse plannen om de Maan te koloniseren en er te gaan wonen niet doorgegaan. En omdat dit toch een stuk goedkoper zou zijn uitgevallen dan de bouw van Skylab, kan men zich afvragen wat daarvoor de reden is geweest.

Het antwoord hierop moeten we nog een tijdje schuldig blijven, al is het alleen maar om te voorkomen dat we ons teveel verliezen in allerlei aannames en speculaties -er zijn nog meer anomalieën die daaraan bijdragen.

Voordat we ons echter verder zullen verdiepen in al die anomalieën, kijken we eerst eens wat nader naar telescopen en hoge resolutie foto’s.

x

* * *

 

– Hoofdstuk 16 –
x

HET “ONTBREKENDE” HOGE RESOLUTIE BEWIJS OVER DE MAAN
c

© vertaling Jan Smith – 2010 WantToKnow.nl/.be
X

 

De hoeveelheid feiten in dit hoofdstuk vormt een moeras waarin je onverwacht kunt worden meegezogen door het soort onderwerpen dat erin besproken wordt. Misschien is het daarom beter om hier in het kort te vertellen waar het in dit hoofdstuk over gaat.

Ingo Swann, de auteur van dit verhaal, als geschilderd zelfportret.

Bewijsmateriaal van de Maan met een zodanig hoge resolutie dat daarop de kleinste details van het maanoppervlak zichtbaar zijn, kan slechts worden verkregen door gebruik te maken van zeer kostbare gevoelige apparatuur. Vanwege het kostenaspect kan het gewone publiek zich de aanschaf van dergelijke instrumenten niet veroorloven.

De apparatuur bestaat wel, maar staat onder officieel toezicht. Het is ook duidelijk geworden dat hoge resolutie bewijsmateriaal over de Maan langs officiële weg verkregen werd, maar er is helemaal niets over naar buiten gebracht. In plaats daarvan blijven de officiële instanties bewijsmateriaal vrijgeven met een laag oplossend vermogen, waarop uiteraard maar weinig details te onderscheiden zijn.

Het lage resolutie materiaal houdt het Dictum van ‘De Dode Maan’ in stand – terwijl het welhaast zeker is dat materiaal met een hoog oplossend vermogen zou kunnen leiden tot een heel ander begrip over onze satelliet. De detaillering op de beelden is van het allergrootste belang, omdat de cover-up door de Aardlingen over buitenaardse activiteit op de Maan niet overeind kan worden gehouden als er meer details zouden worden vrijgegeven.

Om ook hier even in detail te treden: het verhaal dat de Maan een dode, zuurstofloze satelliet is, is inmiddels wijd en zijd bekend, maar dat komt hoofdzakelijk doordat dat verhaal op basis van alle ‘beschikbare harde bewijzen’ de wereld is in geholpen.

Dat ‘harde bewijsmateriaal’ is te verdelen in twee categorieën:
– alles dat door telescopen kan worden waargenomen;
– en alles dat kan worden opgemaakt uit het beeldmateriaal dat door de ruimtevaartuigen en/of maanlanders werd verzameld.

Het BESCHIKBARE bewijs van laag oplossend vermogen is zo overweldigend en overtuigend dat het alles bij elkaar de zekerheid verschaft die aan de onbetwistbare basis ligt van de algemeen aanvaarde logica van de idee van de Dode Maan.

Het is altijd moeilijk om onderzoek te willen doen naar zaken met een hoge graad van logische zekerheid. Daarvoor moet een heel speciale reden zijn die echter niet vaak als zodanig wordt onderkend. Die reden is, dat alles dat in tegenspraak is met de gevestigde logische zekerheden in bijna alle gevallen automatisch wordt afgedaan als zijnde ‘onlogisch’ en ten langen leste wordt beoordeeld als iets dat ‘absoluut niet waar kan zijn’. Alles dat ermee verband houdt, is van het begin tot het eind overladen met moeilijkheden – omdat wat er op het spel staat niet per se over het bewijs op zich gaat, als wel over de logische zekerheid die daar een afgeleide van is.

Volgens veel sociologen is dat ongeveer hetzelfde als zeggen dat strijdige bewijzen niet als bewijs worden toegelaten en het etiket krijgen opgeplakt dat ze onlogisch zijn  – in het bijzonder wanneer dat officieel voordeel oplevert. Daarom ook is het best wel verrassend te ontdekken dat de algemene situatie met betrekking tot de Maan aan de basis staat van een duidelijk voorbeeld van dit soort moerassen. ‘Duidelijk’ omdat er twee soorten bewijs zijn.

Voor de eerste soort bewijzen kan worden verwezen naar het bewijsmateriaal met laag oplossend vermogen, terwijl waar het de tweede soort betreft het gaat om (onlogische) bewijsmateriaal met hoge resolutie. Het belangrijke onderscheid tussen die twee is heel makkelijk te verklaren.

De Aarde is plat en zon en maan trekken aan de hemel voorbij; het beeld uit de tijd van Galileo Galileï.

Sinds de ontwikkeling van de telescoop in het begin van de zeventiende eeuw (in de tijd van Galileo Gallilei) is er altijd met veel enthousiasme getracht betere apparatuur te ontwikkelen om details op de Maan te kunnen ontdekken die tot dan toe met het blote oog niet zichtbaar waren.

Mensen op Aarde kunnen de Maan natuurlijk zien en op een heldere nacht kunnen met het blote oog zelfs vaag wat contouren van de geografie van de maan ontwaard worden. Maar er is een telescoop nodig met een grotere vergroting om meer details te kunnen ontdekken – om steeds kleinere aspecten van het maanoppervlak te kunnen zien.

Vrij algemeen kan worden gesteld dat een grotere vergroting zal leiden tot een hogere resolutie en steeds kleinere details.

En met dit in gedachten komen we nu te spreken over de op Aarde aanwezige apparatuur waarmee kleine details op het maanoppervlak zichtbaar gemaakt ZOUDEN KUNNEN worden.

Zoals iedereen weet zijn er heel veel foto’s van de Maan gemaakt, in het bijzonder met de komst van het ruimtetijdperk en de oorspronkelijke Aardse plannen om haar te koloniseren. Een aantal van de eerste foto’s werd gemaakt met behulp van telescopen, maar latere opnamen waren afkomstig van de camera’s aan boord van de maansatellieten en maanlanders.

Al dat materiaal kan worden bekeken en men zal er het ‘dode’ oppervlak ontdekken dat gepokt is door de vele kraters en kale woestijnen die zeeën worden genoemd. Veel foto’s vertonen rillen, valleien, kloven, bergen, formaties die omhoog steken en lange schaduwen werpen en grote en kleine ‘koepels’ (die soms verschijnen en dan weer verdwijnen). En de meeste mensen stellen zich ermee tevreden de Maan door dit soort foto’s te kunnen aanschouwen, want daarop is het Maanlandschap te zien dat volledig voldoet aan het Dode Maan Dictum.

De mysteries van de maanfoto’s.
Maar wanneer de vraag wordt gesteld met welke apparatuur de Maan bekeken kan worden, komt men echter langzaam maar zeker terecht in een door officiële kanalen verstoorde informatiestroom die, toeval of niet, aardig riekt naar een cover-up. Dit smerige zaakje draait uitsluitend om het verschil in hoge resolutie en lage resolutie foto’s van de Maan, gekoppeld aan het feit dat alle officieel beschikbare fotografische bewijzen van het Maanoppervlak per definitie een lage resolutie hebben.

En dat zou eigenlijk niet het geval moeten zijn, want voor 1950 hadden de Aardse telescopen een resolutie van slechts anderhalf tot drie kilometer – hetgeen betekent dat een voorwerp met een diameter van anderhalve kilometer op de foto te zien zou zijn als iets dat niet veel groter is dan een stip. Maar gedurende de jaren vijftig en het begin van de zestiger jaren sprak een aantal wetenschappelijke en populairwetenschappelijke bronnen al van de ontwikkeling van hoge resolutie telescopen – telescopen die zo gevoelig waren dat er met gemak een muntstuk op de Maan mee kon worden geïdentificeerd als dat daar zou liggen. Er bestaat geen enkele twijfel over dat die telescopen toen al ontwikkeld waren…!

.

Om dit nog duidelijker te maken, is het nuttig om hier uit te leggen wat nu precies wordt verstaan onder hoge resolutie van een telescoop of van foto- en videoapparatuur. Het Maanoppervlak werd door de jaren heen toch ook met beide middelen bekeken.

Om een voorbeeld te geven van hoge resolutie kan worden verwezen naar verschillende mediabronnen die melding hebben gemaakt van zogenaamde spionagesatellieten.

Hiervan wordt beweerd dat ze zijn uitgerust met verschillende soorten monitorapparatuur zoals camera’s die zo gevoelig zijn en zo’n hoge resolutie hebben dat ze kunnen inzoomen op de kentekenplaat van een auto en de tekst op kauwgumpapiertjes die op straat liggen. Om dit plaatje nog iets completer te maken is het handig om ook even naar de hoogte te kijken vanwaar die beelden kunnen worden gemaakt.

Satellieten die in een baan om de Aarde draaien moeten op meer dan 325 kilometer hoogte zitten om niet door het magnetisch veld van de Aarde te worden teruggetrokken naar de planeet. Zodoende zitten al dit soort satellieten op een hoogte tussen 650 en 35.000 kilometer.
De precieze hoogte waarop spionagesatellieten zitten is topgeheim. Maar als je de lettertjes op die kleine papiertjes kunt lezen vanaf een hoogte van, laten we zeggen, 350 kilometer, dan is dat natuurlijk al een hele prestatie waarvoor de wetenschap een ferme schouderklop verdient.

De gemiddelde afstand tussen de Maan en de Aarde is ongeveer 384.403 kilometer. Over die afstand kunnen amateurastronomen met behulp van een gemiddelde, betaalbare telescoop het Maanoppervlak redelijk vergroot waarnemen. In tijdschriften over astronomie staan allerhande advertenties van geschikte en betaalbare telescopen. Deze instrumenten hebben een objectiefdiameter die varieert tussen de 7 en 30 centimeter, maar veel zal afhangen van de resolutiefactoren die ingebouwd zitten.

Over het algemeen komen echter redelijk grote maanobjecten in beeld, maar kleinere juist niet, afhankelijk van de betreffende apparatuur. In sommige gevallen kan al of niet een voorwerp met de afmetingen van een groot voetbalstadion worden waargenomen, maar uitsluitend in de ordegrootte van een speldenpunt. Het beeldresultaat is ook nog eens sterk afhankelijk van de zichtomstandigheden op Aarde, zoals de helderheid van de lucht, nevel, lucht- en lichtvervuiling en dergelijke.

De meeste bronnen die ik heb kunnen raadplegen verklaren allemaal dat er in het begin van de jaren vijftig, aan het begin van het ruimtevaarttijdperk, al in het geheim werd gewerkt met telescopen met een hoge resolutie. Dergelijk instrumenten staan (en stonden toen ook al) opgesteld in de marineobservatoria op Mount Wilson en Mount Palomar in Californië.

De grote 5-meter reflectietelescoop van het Hale observatorium op Mount Palomar werd al in 1948 in gebruik genomen. Daarvoor al stond er ook een telescoop van 1 meter, eentje van 2,5 meter en een met een diameter van bijna 4 meter. De 3 meter telescoop van het Lick-observatorium werd in 1959 in gebruik genomen.
Even ter vergelijking: de grootste in de winkel aangeboden telescopen hebben slechts een diameter die varieert tussen 20 tot 35 centimeter!!!).

Het mag misschien waar zijn dat grote reflectietelescopen een beetje onhandig in het gebruik zijn in verband met de relatief geringe afstand tot de Maan, maar ligt het niet voor de hand dat wanneer men in het bezit was van een dergelijk reusachtige, door de regering gefinancierde, telescoop, en er plannen waren voor een landing op de Maan, dat er niet iemand van tevoren eens een kijkje zou nemen om te zien wat er eventueel verwacht kon worden op het oppervlak van onze satelliet?

Ten tijde van het schrijven van zijn boek, was Ingo Swann niet op de hoogte van het magnifieke vermogen van de Hubble telescoop. Deze zou met groot gemak een object ter grootte van een muis op het maanoppervlak kunnen waarnemen..!

Het is een publiek geheim dat er in beide observatoria, en ook andere, voortdurend geheim regeringswerk werd en wordt uitgevoerd. En je hoeft echt geen grote gedachtesprong te maken om te begrijpen dat men van tevoren met alle beschikbare middelen een inspectie van de Maan heeft uitgevoerd.

Het lijdt absoluut geen twijfel dat tenminste een paar van de telescopen met hogere resolutie zijn ingezet om naar de Maan te kijken. Als men daar in het geheel niet aan heeft gedacht, kan men met recht grote vraagtekens plaatsen bij de intelligentie van de moderne mens. Zoals echter is gebleken is er tussen 1948 en nu geen enkele hoge resolutie informatie vrijgegeven voor publicatie.

Als we het over camera’s hebben, betreft het natuurlijk foto- en televisieapparatuur die aan boord van de ruimtevaartuigen werd meegenomen. Maar eenmaal op de Maan hebben de camera’s zelf verschillende mogelijkheden met betrekking tot het oplossend vermogen. Dat is namelijk afhankelijk van de brandpuntsafstand en de afstand tot het Maanoppervlak of het te fotograferen object.

Er bestaan verschillende technische definities voor hoge en lage resolutie, maar in het algemeen komt het erop neer dat een opname met een lage resolutie geen kleine details laat zien, terwijl een beeld met een hoge resolutie dat wel doet.

Nu zijn we aanbeland bij de wirwar van drie factoren:

(1) apparatuur met hoge resolutie;
(2) de Maan; en
(3) de complete afwezigheid van beeldmateriaal van het Maanoppervlak met een hoge resolutie.

De missie van Clementine was succesvol en de wereld verwachtte beelden van de Maan met een hoge resolutie te zien te krijgen via de zeer hoogontwikkelde apparatuur die de satelliet aan boord had. Het wachten was echter tevergeefs – en zodoende weten we nog steeds niet hoe de kauwgompapiertjes op de Maan eruit zien.

Nu komen we weer terug bij wat we aan het begin noemden: ‘de anomalieën van de Maan’.

Als een soort referentiestandaardwerk begon ene William R. Corliss in 1974 een activiteit die hij ‘The Sourcebook Project’ noemde, met als doel om allerlei ‘vreemde verschijnselen’ bijeen te brengen. In 1985 publiceerde hij een omvangrijke compilatie van anomalieën op allerlei gebieden, waaronder een met de titel ‘The Moon and the Planets: A Catalog of Astronomical Anomalies’, waarin onder andere 108 bladzijden met volledig omschreven anomalieën over de Maan.

In dit compendium onderscheidde Corliss acht hoofdcategorieën van anomalieën, te weten:

– anomalieën met betrekking tot de baan van de Maan;

– Geologische problemen op de Maan;

– Lichtverschijnselen op de Maan;

– De beweging van maansatellieten;

– Anomalieën met betrekking tot visuele en telescopische waarnemingen;

– het ‘Maanweer’;

– Maansverduisteringen en aanverwante verschijnselen;

– Het enigma van Maanmagnetisme.

De meeste van bovenstaande categorieën kunnen nog verder worden onderverdeeld, het ‘Maanweer’ veronderstelt bijvoorbeeld het bestaan van een atmosfeer op de Maan.

De paragraaf ‘Lichtverschijnselen op de Maan’ gaat ook over afwijkingen die wel worden omschreven als tijdelijke Maanverschijnselen (‘Lunar Transient Phenomena’ – LTP) – lichten die verschijnen en weer verdwijnen en bewegen. Ook vallen hieronder de grote groene vlekken die wijzen op vegetatie en dergelijke.
x

* * *

Binnenkort de hoofdstukken 17 en 18 van ‘Penetration’.

 

14 gedachten over “De maan, een onmogelijke ‘holle satelliet’..

  1. Heel vaak reageer ik niet op bepaalde artikelen omdat ze gewoon compleet zijn .
    Dit is ook zo’n artikel .
    Ik wil gewoon ff melden dat deze serie mijn ogen hebben geopend voor een fenomeen waar ik al vele decennia tegenaan kijk . De maan heb ik altijd voor lief genomen , nooit afgevraagd waarom dat kreng niet een beetje draait ofzo , altijd datzelfde maangezichtje .
    Iedere komeetimpact zou dat ding een beetje moeten laten draaien t.o.v zijn stabiele positie , kraters genoeg zou je zeggen .
    en waarom heeft de maan precies de juiste afmeting om de zon te blokkeren , toeval ?
    Dankzij oa deze artikelen ben ik iets meer op gaan letten op deze sateliet en erachter gekomen dat het past in een groter geheel .

  2. David Wilcock heeft mij eens verteld dat de maan elke maand opnieuw in een juiste baan om de aarde wordt gebracht door een soort “divice ” wat zich op de achterkant van de maan schijnt te bevinden, op sommige foto’s is dat “divice ” te zien.

  3. /Users/rik/exoPlaneet?.png

    ik heb de maan ingekleurd,
    met aardse kleuren
    een verrassend resultaat, vind ik

    ik hoop dat jullie de afbeelding zien,
    want ik weet niet hoe ik dat anders moet doorsturen

  4. Je spreekt jezelf tegen!
    Leuk verhaal, goed vertaald.

    Eerst verklaar je dat Sats Min. 650 km van de Aarde draaien tot Max. 35.000 km,
    dat is niet mogelijk, en dan 350 woorden later geef je aan, dat een Sat. op 350 km rond draaid!???

    Een Sat. beweegt mee met onze planeet!
    En ja het is erg vreemd dat de maan niet DRAAID!

    Japan had twee Moon Orbiters.
    Maar eb en vloed komen duidelijk van DE Maan!

    Domme mensen vinden het Spannend om Bang te zijn.
    That includes most Educated!

    Wat ik wel heel vreemd vind, is dat er zo weinig, ECHT bekend
    is van de Maan?
    Dat is vreemd, omdat hij dichterbij is dan.

  5. De maan is niet hol.

    Dat is niets anders dan een kwakzalverij, zoals je er wel meer vindt op interet:
    de planeet Niburu, de planeet X die zich precies achter de zon zou bevinden (en die we al lang zouden gedetecteerd hebben aan de storingen in de baan van de andere planeten), …
    De pseudo-wetenschap leeft van die kwakkels, zonder dat er het minste wetenschappelijk bewijs voor is, integendeel.

    http://www.ikhebeenvraag.be/vraag/23697

    1. Het gaat erover Peter wat wetenschappers NIET weten.. Niet wat ze wél weten.. Wijsneus! Carl Sagan, hierboven genoemd, is ook een van die erudiete wetenschappers, die zich afvroegen waarom de Maan zich gedraagt, zoals ze doet!! Er zijn zelfs nu 2 satellieten gelanceerd om de kern van de maan te bestuderen!
      Lees daarenboven eens het artikel over de diep-frauduleuze handelingen die NASA al jaren met jou en ons uithaalt!! HIER.. Je begrijpt dan ook ineens waarom NASA onder het Amerikaanse Ministerie van Defensie valt..!
      En hier dit verhaal van Dr. Neil Huntley.
      Het is nogal wat om te beweren dat de maan NIET hol is.. Het is -met al deze wetenschappelijk vragen- nét zo bizar als te beweren dat ie massief zou zijn..

  6. Hoe weten we hoe de maan er van binnen uit ziet?

    We hebben uiteraard nooit een diepe put gemaakt in de Maan. Maar het is ook niet op die manier dat we de inwendige structuur van de Aarde bepaald hebben. Wel door te meten en te modelleren van buitenaf.

    Je kan al heel wat te weten komen uit de baanbewegingen van ruimtetuigen die rond de Maan bewegen of bewogen hebben. Zoals de beweging van satellieten rond de Aarde volgen ook zeer nuttig is om het gravitatieveld en zo de interne massaverdeling van de Aarde te bepalen. Uit de massa van de Maan en de afmetingen volgt de gemiddelde dichtheid, en die blijkt vrij laag te zijn, en geeft meteen aan dat de eventuele (zware) ijzer-nikkel-kern relatief kleiner is dan die van de Aarde. De hogere-orde termen in het gravitatieveld van de Maan laten toe om allerlei anomalieen te vinden in de massaverdeling.

    De interne massaverdeling kan ook afgeleid worden uit het traagheidsmoment, dat kan gemeten worden uit de manier hoe de rotatie van de Maan reageert op uitwendige invloeden, zoals de veranderende aantrekking van de Aarde gedurende een omloop. Ook daaruit blijkt dat de Maan homogener is dan de Aarde, m.a.w. dat er minder contrast is tussen kern en mantel.

    Een heel belangrijke bron van informatie over de Aarde komt van de studie van aardbevingen. Door bij voorbeeld in Ukkel te meten hoe het signaal van een aardbeving in China aankomt, kan je iets te weten komen over de hele weg waardoor de golf tot hier is gepropageerd. En als je dat op vele plaatsen doet voor vele aardbevingen, dan kan je uiteindelijk het aardinwendige behoorlijk in kaart brengen. Iets analoogs, maar een stuk primitiever, lukt ook voor de Maan. De ruimtetuigen hebben er ook seismometers neergezet, maar zo dicht als op Aarde is het netwerk uiteraard niet. Vervelender is dat op de Maan weinig spontane bevingen voorkomen: er is geen tektonische activiteit zoals die op Aarde de continenten in beweging zet. Maar reeds de signalen van de impacten van ruimtetuigen op de Maan zijn behulpzaam om het inwendige te peilen.

    En uiteraard zijn de metingen van de samenstelling, ouderdom,… van de maanstenen die de astronauten hebbe meegebracht ook dienstbaar, want ze zeggen iets over de Maan op wiens oppervlak ze lagen.

    http://www.ikhebeenvraag.be/vraag/23719

  7. Waarom, vraag ik mij af…….
    Waarom, om aan al dit gespeculeer nu eens een einde te maken, wij allen die denken en menen dat de maan niet is wat de overheden ons laten denken.

    Waarom richten wij geen fonds op, storten daar met z’n allen onze welverdiende te missen Euro’s op en sturen een sat op pad.

    Zo simpel is het mensen, samen staan wij sterk!!

  8. Ha, goeie ouwe Ingo 🙂
    Ik heb dit boek voor ’t grootste gedeelte gelezen in ’t Engels. Vooral het ‘verhaal’ deel (1e helft v/h boek) leest makkelijk weg en is zo’n beetje één v/d meest spectaculaire stukken die ik gelezen heb. De analyse v/d maan vroeg wat meer concentratie van mij. Maar interessant is het zeker. David Icke praat er ook over:
    http://www.youtube.com/watch?v=5pfl4prGZIY&list=PLD8359486D9A6BD00&index=71&feature=plpp_video

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.